Vraag
Zijn de Katholieke geloofsovertuigingen en gebruiken Bijbels?
Antwoord
De belangrijkste vraag over elke kerk en haar gebruiken zou de volgende moeten zijn: “Is zij Bijbels?” Als een leer Bijbels is (in de context gezien), dan zou deze aanvaard moeten worden. Als dat niet zo is, dan zou deze moeten worden afgewezen. God heeft meer interesse in de vraag of een kerk Zijn wil uitvoert en Zijn Woord gehoorzaamt dan of deze een lijn van opvolging tot aan de apostelen van Jezus kan terugvolgen. Jezus was zeer bezorgd over mensen die het Woord van God zouden verlaten om in plaats daarvan menselijke tradities te volgen (Marcus 7:7). Tradities zijn op zichzelf niet eens verkeerd… er bestaan goede en waardevolle tradities. Nogmaals, de vraag moet zijn of een doctrine, gebruik of traditie Bijbels is. Waar staat de Rooms-katholieke Kerk dan ten opzichte van het Woord van God?
Verlossing: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst haar volgelingen dat verlossing door middel van een regeneratie tijdens de doop wordt verkregen en door middel van de Katholieke sacramenten in stand wordt gehouden, tenzij een bewuste zondige daad wordt gepleegd die deze toestand van heiligende genade verbreekt. De Bijbel leert ons dat we gered zijn uit genade, die wordt verkregen door gewoonweg te geloven (Efeziërs 2:8-9) en dat goede daden het gevolg zijn van een veranderd hart, dat in de verlossing wordt gevormd (Efeziërs 2:10; 2 Korintiërs 5:17) en de vrucht is van ons nieuwe leven in Christus (Johannes 15).
Zekerheid over verlossing: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst dat verlossing niet gegarandeerd of verzekerd kan worden. 1 Johannes 5:13 stelt dat de brief 1 Johannes werd geschreven met het doel om gelovigen te verzekeren van de ZEKERHEID van hun verlossing.
Goede daden: De Rooms-katholieke Kerk stelt dat Christenen gered worden door deugdelijke daden (beginnend met de doop) en dat de verlossing door goede daden in stand wordt gehouden (het ontvangen van de sacramenten, het biechten van zonden aan een priester, enzovoorts). De Bijbel stelt dat Christenen dankzij hun geloof door Gods genade worden gered, volledig onafhankelijk van hun eigen daden (Titus 3:5; Efeziërs 2:8-9; Galaten 3:10-11; Romeinen 3:19-24).
De doop: In het Nieuwe Testament wordt de doop ALTIJD uitgevoerd NADAT een reddend geloof in Christus plaatsvindt. De doop is niet de manier waarop we gered kunnen worden; het is het geloof in het Evangelie dat ons verlost (1 Korintiërs 1:14-18; Romeinen 10:13-17). De Rooms-katholieke Kerk onderwijst dat baby’s/kleine kinderen door het doopsel vernieuwd worden, maar dat is een gebruik dat nergens in de Schrift wordt aangetroffen. De enige mogelijke aanwijzing voor de kinderdoop in de Bijbel, waar de Rooms-katholieke Kerk zich op zou kunnen beroepen, is de doop van het hele huishouden van de gevangenisbewaarder in Filippi (Handelingen 16:33). Maar in de context wordt nooit over baby’s gesproken. Handelingen 16:31 verkondigt dat verlossing door geloof wordt verkregen. Paulus sprak in vers 32 tot alle huisgenoten van de gevangenisbewaarder en al zijn huisgenoten geloofden nu in God (vers 34). Deze passage ondersteunt dus alleen de doop van mensen die reeds geloven, niet de kinderdoop.
Bidden: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst Katholieken om niet alleen tot God te bidden, maar ook om Maria en de heiligen in hun gebeden aan te roepen. Dit in tegenstelling tot de Schrift, waarin ons wordt geleerd om alleen tot God te bidden (Matteüs 6:9; Lucas 18:1-7).
Het priesterschap: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst dat er een verschil bestaat tussen de geestelijkheid en de “leken”, terwijl het Nieuwe Testament ons leert dat alle gelovigen het priesterschap vormen (1 Petrus 2:9).
De sacramenten: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst dat een gelovige met genade wordt gevuld wanneer hij of zij de sacramenten ontvangt. Een dergelijk idee kan nergens in de Schrift worden gevonden.
Biecht: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst dat zonden alleen vergeven kunnen worden als zij opgebiecht worden aan een priester (tenzij de gelovige wordt belet dit te doen). Maar de Schrift leert ons dat zonden aan God moeten worden beleden (1 Johannes 1:9).
Maria: De Rooms-katholieke Kerk onderwijst, onder andere, dat Maria de Koningin van de Hemel is, een eeuwige maagd en de “medeverlosser” die ten hemel steeg. In de Schrift wordt zij afgeschilderd als een gehoorzame, gelovige dienares van God, die de moeder van Jezus werd. Geen enkele van de andere eigenschappen die de Rooms-katholieke Kerk aan haar toekent heeft een Bijbelse basis. Het idee dat Maria een “medeverlosser” of een tweede bemiddelaar tussen God en de mens zou zijn, is niet alleen een idee dat alleen maar buiten de Bijbel wordt aangetroffen, maar ook een idee dat tegenstrijdig aan de Bijbel is. Handelingen 4:12 verkondigt dat Jezus de enige Redder is. 1 Timoteüs 2:5 verkondigt dat Jezus de enige bemiddelaar tussen God en de mens is.
We kunnen nog veel andere voorbeelden geven, maar de bovenstaande zaken maken al duidelijk dat de Katholieke Kerk onbijbels is. Elk Christelijk kerkgenootschap heeft tradities en praktijken die niet expliciet op de Schrift zijn gebaseerd. Daarom moet de Schrift de standaard voor het Christelijk geloof en de Christelijke gebruiken zijn. Het Woord van God is altijd waar en betrouwbaar. Dit kan niet altijd over kerkelijke tradities worden beweerd. Onze richtlijn moet zijn: “Wat zegt de Schrift?” (Romeinen 4:3; Galaten 4:30; Handelingen 17:10). 2 Timoteüs 3:16-17 verkondigt: “Elk schriftwoord is door God geïnspireerd en is dus bruikbaar voor het onderricht, voor het weerleggen van dwalingen, voor de verbetering van de zeden en voor de opvoeding tot een rechtschapen leven, zodat de mens van God berekend is voor zijn taak en toegerust is voor elk goed werk.”
English
Zijn de Katholieke geloofsovertuigingen en gebruiken Bijbels?